De coronacrisis heeft een forse impact op ons allen. Dus ook op de werkzaamheden binnen de bedrijven. Denk aan de 1,5 meter-regel, thuisblijven bij gezondheidsklachten, en de noodzakelijke hygiënemaatregelen.
Arbowetgeving leidend
De coronamaatregelen staan in regionale noodverordeningen. Maar de Inspectie SZW heeft daarin geen rol of bevoegdheden. Het is aan ambtenaren van de veiligheidsregio, zoals politie, gemeentelijke BOA’s en marechaussee om bij overtreding van de voorgeschreven maatregelen op te treden. Voor de Inspectie SZW is de Arbowetgeving leidend. Dat betekent dat de inspectie handhavend kan optreden als werkgevers de Arbowet onvoldoende naleven. Maar daarvan kan ook sprake zijn als er door corona ongezonde en onveilige situaties op het werk ontstaan, bijvoorbeeld de kans op besmetting met het coronavirus. Dat kan doordat werkgevers onvoldoende maatregelen zijn genomen of de arbeidshygiënische strategie niet is toegepast.
Op systeemniveau maatregelen eisen
Maar de inspecteur zal niet gaan acteren op individueel niveau, door een werknemer erop te wijzen, dat hij de 1,5 meter afstand niet in acht neemt en dan ter plekke een boete uit gaat delen. Maar op systeemniveau kan de inspectie wel van de werkgever eisen, dat hij de noodzakelijke maatregelen neemt. Dat is vergelijkbaar met het beleid dat de werkgever volgens de Arbowet moet voeren om het risico van Psychosociale Arbeidsbelasting (PSA) tegen te gaan. Elke organisatie moet immers een beleid voeren om ongewenste omgangsvormen tegen te gaan en de nodige maatregelen nemen om het PSA-risico afdoende te beheersen. Dat moet er toe bijdragen dat ongewenste omgangsvormen in de eerste plaats worden voorkomen maar moet ook gericht zijn op ondersteuning van het slachtoffer. Het behoort echter niet tot de taken van de inspecteur om aan te tonen dat er in de arbeidsorganisatie daadwerkelijk sprake is van ongewenste omgangsvormen.
Controle maatregelen tegen corona
De handhaving richt zich met name op de beleidsmatige aanpak. Een individuele klacht -bijvoorbeeld over te hoge werkdruk, pesten of seksuele intimidatie- zal niet door de inspectie worden afgehandeld maar kan voor de inspecteur wel aanleiding zijn, om na te gaan of de werkgever de oorzaken voldoende in beeld heeft gebracht en de nodige maatregelen heeft genomen. Zo niet, dan kan een sanctie volgen. Dat zal ook van toepassing zijn bij een controle door de Inspectie SZW of de nodige maatregelen zijn genomen om besmetting door het coronavirus in een bedrijf te voorkomen. De Inspecteurs hebben bij hun bezoek geen bonnenboekjes bij zich. Maar ze zullen bij een misstand een waarschuwing of een aanwijzing geven. De werkgever krijgt vervolgens enige tijd om de geconstateerde gebreken op te lossen. Als dit niet wordt gedaan, kan de inspecteur een boeterapport opmaken, waarna mogelijk een boete kan worden opgelegd.
RI&E: coronarisico onderkennen en plan van aanpak
Tot besluit nog dit. Stel, je hebt als bedrijf keurig een corona-protocol opgesteld. Prima, maar de Inspectie SZW waarschuwt ervoor, dat dit het bedrijf niet ontslaat van de verplichting tot het hebben van een RI&E. Want corona-protocollen hebben geen juridische status in de Arboregelgeving. Daarom is het belangrijk dat bedrijven in hun RI&E het coronarisico onderkennen en een plan van aanpak hebben. Dat kan ook in een Branche-RI&E of een “Corona-”arbocatalogus voor een sector of branche. Die catalogus kan worden getoetst door de Inspectie SZW op basis van de Beleidsregel arbocatalogi 2019. Het voordeel voor een bedrijf dat de maatregelen uit de arbocatalogus invoert is, dat het bedrijf daarmee een hoge mate van zekerheid heeft dat aan de eisen van de Arbowet wordt voldaan. En een goedgekeurde arbocatalogus wordt ook als referentie bij de handhaving door de Inspectie SZW gebruikt. Lijkt mij ook een prima oplossing, zeker nu corona voorlopig nog niet de wereld uit zal zijn.
Geef een reactie
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.